Toerako's

Focusgroep

Toerako's

Tauraco persa

Nederlands: Groene toerako

Engels:         Green  tauraco

Frans:           Touraco vert

Duits:             Guineaturako

Citaat:         (Linnaeus, 1758)

Status in de natuur:  LC (minste zorg)

Soort status: full species

Ondersoorten:

 

  • Tauraco persa persa: Ivory Coast to Ghana and Cameroon
  • Tauraco persa zenkeri: southern Cameroon to Gabon, northern Angola, Congo and northwestern Democratic Republic of the Congo
  • Tauraco persa buffoni: Senegambia to Liberia

Verspreidingsgebied en ondersoorten

  • Tauraco persa persa:

Ivoorkust tot Ghana en Kameroen

  • Tauraco persa buffoni:

 Senegambia tot Liberia

  • Tauraco persa zenkeri:

Kameroen, Gabon, Angola, Congo, Zaïre

 

Beschrijving

De groene toerako heeft een kuif van een kwajongen die dagen vergeten heeft zijn haren te kammen.

Er zijn van de groene toerako drie ondersoorten bekend: de buffoni, de persa en de zenkeri. Ze zijn voornamelijk te onderscheiden aan het witte streepje onder het oog. Bij allen zit tussen het oog en de bovensnavel een opvallende witte vlek. De persa heeft onder het oog een vrij ver doorlopende witte streep, die de buffoni geheel mist. De zenkeri heeft een kortere oogstreep.

In de gebieden waar ze voorkomen zijn zij rijkelijk vertegenwoordigd. Die gebieden liggen in het westelijk deel van Afrika. Volgens de gegevens uit het "Handbook of the Birds of the World" komt in Gabon van een legsel van twee eieren slechts één vogel tot wasdom. Het tweede jong is zeer spoedig verdwenen.

Biotoop en voedsel

Ze  voeden zich met vruchten en bloesems.

Statuut

minste zorg

Bijzonderheden

Orde: Musophagiformes

Familie: Musophagidae

Kleed: zien er het hele jaar hetzelfde uit

Lengte: 40-43cm

gewicht:

Geslachtsrijp:

Legperiode:

 

Ei

Afm. bxh (mm x mm):

Kleur:

Textuur

Aantal/nest:

Broedduur:

nalegsel:

Vliegvlug:

Ringmaat: zie ringmatenlijst 

Cites vogel: ja  / bijlage B

Europese vogel: neen

Kweekverslag

(De Tauraco persa Buffoni wordt ook wel groenkuif of groene toerako genoemd)

De Buffon's toerako is een van de drie "groene" toerako's uit Senegal, Gambia en Liberia.

Deze soort lijkt veel op de persa toerako die zuidelijker voorkomt. Nog zuidelijker wordt zijn plaats ingenomen door de zenkeri toerako.

De Buffons toerako is een van de minst opvallend gekleurde toerako's, maar als je de kans krijgt om de soort eens van dichtbij te aanschouwen zul je versteld staan van de geweldig mooie kleuren paars en groen die deze vogel draagt, buiten de bekende opvallende rode vleugelpennen.

In 2004 heb ik een koppel persa Buffoni's aangeschaft omdat deze soort nog niet in de collectie aanwezig was. Dit koppel gingen we proberen te laten broeden.

In het voorjaar van 2005 zat de pop heel rustig, stilletjes en bol in elkaar. Later bleek dit legnood te zijn en ze overleefde het niet. Dat was schrikken. Na veel zoekwerk en bellen kon ik eindelijk een heel jonge Boffoni kopen bij een vogelhandelaar in Honselersdijk. Laten seksen, en ja hoor, het was een pop.

Toen bij de man gezet en het klikte direct. Wat was ik blij dat die twee het zo goed met elkaar konden vinden. Nu maar afwachten! In 2006 gebeurde er niets. Dus, dan maar afwachten wat 2007 ging brengen.

Grote verbazing; begin januari is er een vogel zoek. Buiten onder de struiken gezocht, maar niets te vinden. Het nestkastje zit nogal hoog en dus pakte ik een trapladdertje en ja hoor, daar zat de dame.

Op 8 januari was er het eerste ei en op 10 januari het tweede; maar broeden was er niet bij. De eieren eruit gehaald en in de broedmachine gelegd. In het nest legtde ik twee kunsteieren maar het kwam niet echt tot broeden. Maar ja, ze zijn nog zo jong, ik kan het begrijpen. De eieren uit de broedmachine een enkele keer geschouwd. Er was een lichte bevruchting, maar het werd niets.

Het paar liet het er niet bij zitten en er werd een tweede poging gedaan. Op 13 en 15 februari waren er weer twee mooie eieren. Weer werd er niet gebroed en dus verhuisden de eieren opnieuw naar de broedmachine en werden er twee kunsteieren in het nest gelegd. Na twee dagen gingen de vogels toch zitten, maar voor ik de echte eieren kon terugplaatsen, stapten ze weer van de eieren af. De eieren uit de broedmachine waren wel wat verder ontwikkeld maar uiteindelijk zijn ze voor het uitkomen toch afgestorven.

Zelfs na deze tweede mislukking was het paartje niet van plan het erbij te laten zitten en vaak waren ze met elkaar aan het snavelen.

Op 7  en april werden er weer eieren gelegd en nu sloeg het stel direct aan het broeden. Dit was dus de derde keer. Nu maar afwachten of dit derde legsel bevrucht was. Ik was zo benieuwd of het wat zou worden. Nergens waren er doppen te zien, dus op 30 april pakte ik weer het trapje en ging in het nestkastje kijken. En ja hoor, twee heel mooie, donzige kuikens bij pa en ma Buffoni. Na twee weken werden de vogels geringd en ook dat ging heel goed. Nog een week later zaten de jongen op de grond en dat is toch wel erg koud. Ik plaatste een trapje en na een paar uur zaten ze al, naast pa en ma, bij de voerbak. Na weer een week zat er 's morgens een te gapen, niet erg lekker; kou gevat. Het was ook slecht weer. De schrik sloeg me om het hart en ik dacht: "dat gaat niet goed." Nu moeten ze eruit. Wij hebben dat gedaan en de vogels allebei apart in een verwarmd hok gezet. De zieke vogel werd behandeld met Baytrill en hij knapte zienderogen op. Toen werden beide vogels samen in een groter hok, dat ook verwarmd kon worden, geplaatst en ze groeiden voorspoedig op.

De ouders vonden dat ze hun jongen wel erg snel kwijt waren en ze besloten het nog maar eens te proberen. Op 13 juni kwam het eerste ei en het tweede volgde op 15 juni. Na netjes 3 weken te hebben gebroed zag ik op 7 juli weer twee heel mooie jongen. 2 Weken later werden de vogels geringd en weer 1 week later verlieten ze het nest. Het trapje geplaatst en binnen een uur zaten de jongen bij de voerbakjes. Natuurlijk was het weer koud, maar deze keer plaatste ik een ultra rode warmte lamp, schuin aan de buitenkant boven. Ze gingen lekker in de warmtestraal zitten. Dat duurde zo 10 dagen en daarna gingen ze verder naar boven waar het warmer was. Ze groeiden als kool. De volgende stap die gezet moest worden was het uitvangen en laten seksen van de vogels. De eerste twee jongen zijn mannetjes.

En nu een oproep aan alle toerako liefhebbers. Nu er geen import meer mogelijk is, is het belangrijk om te weten welke soorten er bij de liefhebbers gehouden worden. Als hierover voldoende kennis aanwezig is kunnen er onverwante koppels, waarmee men verder kan kweken, samengesteld worden. Op die manier kunnen we het uitsterven van de soort bij de liefhebbers voorkomen.

Wim van Seters.